De kans om een auto-immuunziekte te krijgen wordt deels bepaald door een genetische aanleg en/of erfelijkheid, daarnaast spelen ook voeding en leefstijl een rol. Voorbeelden van auto-immuunziekten zijn de chronische huidziekte Psoriasis, de ziekte van Crohn (chronische inflammatoire darmziekte), Diabetes, Reumatoïde artritis (Reuma), Coeliakie (overgevoeligheid voor het eiwit gluten), Colitus Ulcerosa (ontstekingsziekte van de dikke darm) en Multiple Sclerose (MS) een aandoening van het centrale zenuwstelsel.
Uit wetenschappelijke onderzoeken blijkt een verband tussen vitamine D tekort en het hebben of ontwikkelen van een auto-immuunziekte. Vitamine D versterkt het aangeboren immuunsysteem, moduleert het adaptieve immuunsysteem en vertoont daarmee antibacteriële, anti-inflammatoire en mogelijk antivirale eigenschappen, zo publiceert het Nederlands Tijdschrift Voor Geneeskunde in 2010.
