Vitamine D kan risico op dementie verlagen

Australische onderzoekers hebben recent vastgesteld dat vitamine D op meerdere manieren gunstig kan werken op ons brein. Zo blijkt vitamine D te kunnen beschermen tegen dementie.

Stichting Alzheimer Nederland meldt op hun site dat ons land over enkele jaren een half miljoen demente personen zal tellen. Elk uur krijgen er vijf mensen in ons land dementie. Het treft uiteindelijk 20% van de Nederlanders. Vrouwen worden iets vaker getroffen dan mannen. Opvallend is dat onder de mensen met dementie, er naar schatting 15.000 jonger zijn dan 65 jaar. Dementie is een volksziekte met de hoogste zorgkosten, want deze aandoening kost de Nederlandse gezondheidszorg ongeveer 10 miljard per jaar. Een ‘medicijn’ tegen dementie is daarom meer dan welkom. Het lijkt erop dat vitamine D een groot gedeelte van de dementiegevallen in ons land kan voorkomen.

Een tekort aan vitamine D komt in de winter bij zo’n 60% van de Nederlanders voor. Opvallend is dat jaarrond vooral vrouwen boven de 50 hier extra gevoelig voor lijken te zijn.

Volgens de onderzoekers hebben cellen in de hippocampus, het geheugencentrum van de hersenen, receptoren voor vitamine D. Dit wijst erop dat vitamine D weleens een neurosteroïde kan zijn, die de groei en rijping van hersencellen kan bevorderen. Daarnaast kan vitamine D ook nog invloed uitoefenen op de vaatwanden, waardoor de bloeddruk beïnvloed wordt en de kans op trombose af kan nemen. Als laatste blijkt vitamine D ook nog in staat om ontstekingen door amyloïde plaques tegen te kunnen gaan. Amyloïde plaques zijn de ophopingen van eiwitten tussen hersencellen, een kenmerk van alzheimer.

Enkele maanden geleden wees een andere studie al uit dat vitamine D laaggradige ontstekingen in het lichaam kan verminderen. Laaggradige ontstekingen worden onder meer bepaald door meting van het C-reactieve proteïne (CRP) in het bloed. Er blijkt een omgekeerde relatie te bestaan tussen vitamine D en het CRP-niveau, wat erop wijst dat deze vitamine ontstekingsremmend kan werken.

Door een tekort aan vitamine D – dat wil zeggen bij minder dan 50 nmol/L aan vitamine D in je bloed – neemt je kans op dementie sterk toe. De streefwaarde is in Europa op dit moment 75 nmol/L, maar het onderzoek laat zien dat een waarde van 100 of 125 nmol/L nog gunstiger is voor het brein.

Vroeger gold het advies altijd om wat levertraan te slikken als de ‘R’ in de maand zat, wat in de praktijk neerkomt op de periode september tot en met april. Een theelepel levertraan per dag dekt doorgaans de aanbevolen dagelijkse hoeveelheid aan vitamine D. Sommige mensen zijn van mening dat meer beter is, en slikken tientallen tot honderden keren de ADH van vitamine D. Maar extreme hoeveelheden vitamine slikken D is volgens onderzoekers ook weer ongezond en kan zelfs leiden tot een ziekenhuisopname.

Het standaard advies is om in de maanden met een ‘R’ dagelijks 400 – 800 IE aan vitamine D te slikken, met een maximum van 4000 IE. Je kunt ook De Schaduwregel hanteren: als je schaduw langer is dan jezelf, dan staat de zon te laag en is de UV-kracht onvoldoende om voor vitamine D-aanmaak te zorgen.

In theorie kun je in 7 minuten via zonlicht aan je vitamine D-behoefte voldoen, maar dit geldt alleen midden op de dag, in de zomer, rond de evenaar en in je onderbroek. Ook moet je een lichte huid hebben, horizontaal liggen, geen zonnebrandcrème dragen en over een gezonde lever beschikken. Bovendien mag er ook geen sprake zijn van overgewicht. Zodra je een korte broek en een T-shirt aantrekt, zal de aanmaak van vitamine D al halveren. Daarom is het niet gek, dat de meeste Nederlanders in de winter kampen met een vitamine D-tekort.

Vitamine D is dus heel belangrijk voor het optimaal functioneren van het oudere brein, maar toch is dit niet de enige factor. Vorig jaar ben ik al eens de medische literatuur ingedoken en heb toen op basis van bijna honderd studies in kaart gebracht wat we allemaal kunnen doen om ons brein tegen dementie te beschermen. Als je dit artikel graag wilt teruglezen kan dat hier op onze website.